Loading...
 

4e zondag door het jaar A - eerste lezing

Sefanja 2, 3; 3, 12-13: Zoek bescheidenheid

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1492-1493)
Maar sommigen van jullie zijn trouw aan de Heer en leven volgens zijn wetten. Zij moeten zich alleen op hem richten, en goed en eenvoudig proberen te leven. Misschien zullen ze dan veilig zijn op de dag van de Heer. (…)

Er zullen alleen nog maar arme en eenvoudige mensen zijn. Zij zullen veilig zijn bij mij. Daar zal ik voor zorgen.
De Israëlieten die er nog zijn, zullen geen misdaden meer plegen. Ze zullen niet meer liegen en bedriegen. Ze zullen rustig leven op de plek waar ze wonen. Ze hoeven voor niemand meer bang te zijn.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Zoek God, jullie allen
bescheiden mensen van het land,
jullie die zijn geboden naleven.
Zoek gerechtigheid,
zoek bescheidenheid.
Dan vinden jullie misschien een schuilplaats
op de dag van de woede van God. (…)

Dan laat Ik binnen jullie muren
alleen eenvoudige, bescheiden mensen wonen.
Die rest van Israël zal veilig zijn bij de naam van Jahwe.
Ze zullen geen onrecht meer doen
en niet meer liegen en bedriegen.
Ja, ze zullen rustig kunnen leven en zich ontspannen
zonder door iemand te worden opgeschrikt.



Stilstaan bij …

Bescheiden mensen van het land
De landarme bevolkingsgroep wordt hier als voorbeeld gepresenteerd voor de hele bevolking.





Bij de tekst

Sefanja

Sefanja (= God beschermt / bewaart) was volgens de eerste regel van zijn boek, de zoon van Kusi (of Kuschi). Deze Kusi was "de zoon van Gedalja, de zoon Armarja, de zoon van Hizkia". Deze opsomming van vier generaties is ongewoon. Wellicht wilde men zo voorkomen dat men zou denken dat Sefanja van vreemde afkomst was. Want "Kusi" betekent Moor of Ethiopiër. Zijn grootvader Gedalja, zijn overgrootvader Amarja en zijn betovergrootvader Chizkia hebben echte Hebreeuwse namen, zodat over zijn Joodse afkomst geen twijfel kan bestaan.

Met Hizkia wordt waarschijnlijk niet koning Hizkia bedoeld, die in het begin van de 7e eeuw voor Christus koning was, want dan had men hem zeker met zijn titel vermeld.
Voor de rest weet men zo goed als niets over Sefanja.



Een naam met een opdracht

Het boek Sefanja tekent de overgang van de dreigende ondergang van Jeruzalem naar een situatie van vernieuwing en hoop. Zo is het een afspiegeling van de betekenis van de naam Sefanja, ‘God beschermt’. Deze profeet trad op kort voordat koning Josia hervormingen op politiek en godsdienstig vlak begon.



De profetie

Het eerste deel van de eerste lezing heeft het over de dag van het oordeel waarop God zich zal keren tegen ieder die Hem ongehoorzaam is. De bewoners van Juda en Jeruzalem zullen op die dag vooral gestraft worden om hun afgodendienst en onrechtvaardigheid. Die dag wordt een dag van geweld, angst, verdriet en ellende.
Op het einde van die beschrijving roept Sefanja (Sefanja 2, 1-3) Juda op om zich te bekeren. Want alleen dan is er nog hoop voor hen.


Het tweede deel van de eerste lezing komt uit de profetie over Jeruzalem.
Nadat Sefanja Jeruzalem beschuldigd heeft (Sefanja 3, 1-4) volgen er waarschuwingen (Sefanja 3, 5-8). Ten slotte profeteert Sefanja dat Jeruzalem zich zal bekeren en verlost zal worden (Sefanja 3, 9-20). En dat ook een deel van Juda en alle andere volken daarin zullen delen.



Hulpbisschop

(bron: www.kerkknet.be/aartbisdo/hulpbisschop-leon-lemmens)

Op 22 februari 2011 benoemde paus Benedictus XVI Leon Lemmens tot hulpbisschop van het aartsbisdom Mechelen-Brussel (België).
Bij die gelegenheid koos de bisschop het volgende wapenschild en een leuze met woorden van de profeet Sefanja.

Schild Mgr Lemmens

De duif op het schild herinnert aan het verhaal van Noach (Genesis 9). Ze heeft een groen takje in de bek en brengt vrede in de stad zodat heel verscheiden mensen en volkeren in harmonie met elkaar kunnen samenleven. Ook de regenboog komt in dit verhaal voor en herinnert aan de vriendschap tussen God en de mensen.


De leuze komt uit het boek van de profeet Sefanja (Sefanja 3, 12): ‘Dan laat Ik in uw midden een nederig en arm volk, dat zijn vertrouwen stelt op de Naam van de Heer.’
Zoals zich rond het arme pasgeboren kind Jezus een familie van nederige mensen (Maria en Jozef, de herders en de wijzen) verzamelt, die luistert naar het woord van God,
zo verzamelt God vandaag rond de armen een familie van nederige mensen die luisteren naar zijn Woord. Samen zullen zij op Hem vertrouwen en Hem loven.